A fast trackloss recovery strategy for compact disc
MASTER : A fast trackloss recovery strategy for compact disc by McGee, Philip J.
Award date: 1987
The push-pull radial tracking technique used in Philips’ compact disc players generates a sinusoidal radial-tracking-error signal with a restricted quasi-proportional control range. The original solution to this ‘problem’ resulted in a trackloss-correction system which could only cope with minor external stimuli to a player without introducing audible side-effects. For ap- plication in portable and in-car CD players, the performance of this system was less than optimal.
This thesis describes the development of a new trackloss recovery strat- egy, implemented via an improved servo control system. The system ensures that the scanning laser beam is always returned to the original track after a shock, hence precluding the possibility of perceivable rhythm-distortion. This is done without the use of the subcode content of the data on the disc, but rather using position information based upon the periodicity of the servo error signals. Two different means are used to damp the motion of the arm, and an extended track-capture-and-hold range system is also described.
———-
Het in Philips CD-spelers gebruikte push-pull radiele volgsysteem genereert een sinusoidaal radieel foutsignaal met een beperkt stabiel regel- gebied. De oorspronkelijke oplossing van dit ‘probleem’ bestond uit een spoorverlies-correctie systeem dat slechts zeer lichte schokken kon verwerken zonder hoorbare neveneffecten. Voor toepassing in draagbare en auto-CD- spelers waren de eigenschappen van dit systeem niet optimaal. Dit rapport beschrijft de ontwikkeling van een verbeterd spoorverlies- correctie systeem, uitgevoerd met een uitgebreid servosysteem. Ret systeem garandeert dat de laserspot na een stoot altijd op het oorspronkelijke spoor terugkomt, waardoor een ritmestoring uitgesloten wordt. Dit wordt gedaan zonder gebruik te maken van de subcode, maar met de positieinformatie die gebaseerd is op de periodiciteit van de servo foutsignalen. Twee verschillende methoden zijn gebruikt om de beweging van de arm te dempen, tevens is een spoorvolgsysteem met een groter stabiliteitsgebied beschreven.